Aris Purnomo (Boja)

Eerder heb ik het al benoemd dat ik vooral op cognitief gebied nog best wat stappen te zetten heb. Naast een sterk verminderd concentratievermogen, minder energie, minder kunnen opnemen van prikkels, minder taken tegelijk te kunnen uitvoeren en het minder goed uit woorden te kunnen komen omdat ik deze soms simpelweg vergeet, uit dit zich met name in het minder goed kunnen onthouden en het overzicht houden van planning technische zaken. Als je mij zou vragen hoe bijvoorbeeld vorige week dinsdag er uit zag, dan zou ik het je zonder een blik in mijn agenda te werpen niet kunnen vertellen. Dit is ook één van de redenen dat de insteek van de blog over mijn reis naar Indonesië afwijkt van alle andere keren. De vorige keren hield ik voornamelijk een blog bij voor anderen, ditmaal doe ik dat voornamelijk voor mijzelf met als hoofdreden de kostbare beleefde indrukken, inzichten, ervaringen en emoties van deze toch ook kostbare reis niet verloren te laten gaan. Het bijhouden van Facebook kost echter ook tijd en energie en vanwege een te druk weekeinde schort het er momenteel met name van het laatste aan. Mensen zullen inmiddels wel in de gaten hebben dat ik structureel twee dagen ‘achterloop’. In het begin ging dat nog, maar gezien de vele indrukken en het lage energielevel en een sterk verminderd concentratievermogen merk ik tot mijn grote schrik dat ik steeds meer moeite krijg mij nog, hetgeen zich twee dagen geleden allemaal heeft afgespeeld, voor de geest te krijgen. Hoewel dit bericht over zondag gaat, besluit ik daarom vandaag (dinsdag dus) pas op de plaats te maken: even geen familiebezoek, maar een balansdagje waardoor ik Facebook kan bijwerken, wat wasjes kan draaien, een bezoek aan Purwodadi (Luwes Mall en BNI kantoor omdat Internetbankieren nog niet werkt) kan brengen en verder kan rusten. Weer twee dagen terug in de tijd: voor ‘vandaag’ (eigenlijk dus voor eergisteren) had ik dus op verzoek van de familie een auto gehuurd. De familie zou mij om 6.00 uur vanaf mijn hotel ophalen. Toen ik ‘gister’ naar bed ging, besloot ik desondanks geen wekker te zetten. Elke ochtend rond een uurtje of 4.00 zat ik immers toch al rechtop in mijn bed, omdat er in de gehele kampong diverse muezzins om het hards oproepen naar hun gebed te komen. Wat mij betreft wint de overbuurman het altijd, maar dat komt uiteraard omdat die zich het dichtst bij mij bevindt. Zo ook ‘vandaag’ schoot ik weer recht op in mijn bed. Er klopte echter iets niet: het was namelijk angstvallig stil… Na een blik op mijn telefoon sprong ik verschrikt mijn bed uit: 5.55 uur, hoe kon dat nou? Zou ik soms door al het gezang heen zijn geslapen? Dat leek mij onmogelijk: het gezang klinkt elke ochtend harder dan wel vier wekkers bij elkaar. Hoe het ook zij… Binnen 5 minuten (!) had ik mijn tas voor vandaag klaargemaakt, was ik wakker gedoucht (lang leve de koude douche), was ik aangekleed, had ik mijn tanden gepoetst (zowel boven als onder deze keer, dus er is zeker sprake van progressie), had ik beide oksels voorzien van deodorant en had ik mijn bed en mijzelf opgemaakt om vervolgens om 6.35 uur een appje te ontvangen van Ratna: “Morning… How did you sleep? Are you ready for today? But I will be at your place about 20 minutes from now, I need to buy some diapers for my daughter ☹.” Uiteindelijk stond de familie om 7.00 uur voor de deur. “Selamat datang di Indonesia!” schoot me nog even door het hoofd, maar ergens vond ik het wel jammer dat het zo was gelopen. Ismanto had iets voor zevenen de bus naar Jakarta gepakt en achteraf gezien hadden we die nog best even kunnen uitzwaaien… Desondanks togen we vol goede moed naar Pasar Demak waar we zus Anik (spreek uit: Annie) van haar werk zouden ophalen. Anik heeft daar een kraampje, zoals zus Arti een kraampje had op Pasar Godong, zie https://tim.dondorp.nl/bokito/) en hoewel ze vrij had genomen voor vandaag had ze toch vanaf openingstijd (4.30 uur) tot nu (8.00 uur) gewerkt om toch nog wat inkomsten voor vandaag te creëren. Vanaf Pasar Demak reden we door naar Semarang waar we bij zus Eny (spreek uit: Ennie) en haar nieuwe man Joko (spreek uit: Djokkoo) zouden ontbijten. Eny en Joko zijn de fotomodellen van de familie (zie foto’s). Hun hele huis hangt ook vol met foto’s van henzelf. Over foto’s gesproken: bij Ibu thuis hing een foto aan de muur waarop Lin, Emelie, Mark en ik stonden. Het is dezelfde foto die de hele wereld over ging toen het verhaal hoe Lin, Emelie, Mark en ik elkaar vonden wereldnieuws werd. Ibu heeft de foto altijd gekoesterd, maar toen haar huisje tot aan de grond toe afbrandde, ging de foto tot verdriet van de familie verloren. Ik had daarom 11 ingelijste exemplaren meegenomen (voor elke Indonesische broer en zus één), zo ook voor Eny. Prompt werd een foto van Joko van de muurgehaald: deze moest plaatsmaken voor de foto van Emelie, Lin, Mark en mij. Ik meende me nog te herinneren dat cantik (spreek uit: sjantie) ‘knap’ betekende (tijdens een vorig bezoek aan Indonesië klonk dit namelijk veelvuldig overal waar Joanne verscheen), dus toen Joko mij ter begroeting een hand gaf wees ik naar zijn verwijderde foto met de woorden: “Ah, kamu pasti Joko. Menantu paling cantik di keluarga!” waarop iedereen, inclusief Eny en Joko zelf gelukkig, prompt in een deuk lag. Een beetje teleurgesteld (ik had nog zo geoefend) keek ik niet begrijpend in het rond: het voelde alsof ik weer per ongeluk een broodje sperma had besteld (zie https://tim.dondorp.nl/kuta/). Ratna legde mij, nog altijd gierend van het lachen, uit dat ‘cantik’ alleen wordt gebruikt bij vrouwen en dat het bij mannen ‘tampan’ moet zijn. Ja, dat vertelt Google Translate er natuurlijk niet bij als je het gebruikt ter voorbereiding op ‘de juiste’ openingszin. Eny gaf mij een bananenblad met zulke scherpe (!) rijst dat ik vreesde voor mijn verdere dagbesteding (waarschijnlijk een halve dag toiletteren), maar na slechts een paar happen werd het bord mij (gelukkig) weer uit de handen gegrist. Ratna legde mij uit dat Aris Purnomo had gebeld. Hij was voor ons allemaal aan het koken, dus van Aris Purnomo mochten we niet (meer) eten. Met een auto vol familie togen we daarop dankbaar door op weg naar broer Aris Purnomo. Het werd een vermoeiende rit. Het straatbeeld werd wat eentonig, en voor Nederlandse begrippen (niet voor Indonesische begrippen) was het bijzonder druk op de weg. We stonden daarom vaak en lang stil. De familie deerde dit niet: ze had onderling de grootste lol. Uiteraard kreeg ik nergens iets van mee, maar na twee uren zeer intens Javaans gelach en horendol gekwebbel (luister naar https://1drv.ms/u/s!AoeIH-BDcFrHxK5inmhiCtF_d0SDeg?e=VZ2xib voor een voorbeeld) werd het mij bijna te dol. Gelukkig kwamen we uiteindelijk aan bij Aris Purnomo. Ik opende mijn armen om Purnomo ter begroeting te omhelzen, maar tot mijn verbijstering ging Purnomo op één knie zitten, greep met beide handen mijn rechterhand en legde deze tegen zijn gebogen voorhoofd aan, terwijl hij in tranen iets in het Javaans prevelde. Zeer opgelaten keek ik niet begrijpend Ratna aan, die mij (ook zichtbar geschrokken) echter met een intens strenge blik ‘later’ toefluisterde of min of meer zelfs toesnauwde. ‘Later’ bleek gelukkig direct erna. Het eten werd opgediend en toen we aten vertelde Ratna mij dat ze zelf ook verbaasd was: dit had ze Purnomo nog nooit zien doen, laat staan in het bijzijn van anderen. Terwijl ze mij bijna, met in mijn ogen misplaatst ontzag, aankeek merkte ze op dat ik een bijzonder uitwerking had op familie. Wederom zeer opgelaten vroeg ik wat er dan zojuist was gebeurd. Ratna legde me uit dat Purnomo mij ontzettend dankbaar was voor het geld dat ik hem had gestuurd in 2021 en dat Purnomo mij zojuist had bedankt voor het redden van zijn leven. Dat behoeft enige uitleg. Tussen mijn reizen naar Indonesië door, blijf ik zoveel mogelijk contact houden met familie in Indonesië. Zo ook in 2021, alleen zet ik dit niet altijd op Facebook. In 2021 kreeg ik in het Javaans plotseling een bericht van Hidayah, Aris Purnomo’s vrouw. Ik kon destijds niets van dit bericht maken, behalve dat het bericht vergezeld werd door heel veel huilende emoticons. Destijds had ik de familie gevraagd wat er aan de hand was, maar de familie bleef zeer terughoudend en wilde eigenlijk niets loslaten. Aanvankelijk besloot ik het toen te laten, maar niet lang daarna stuurde Hidayah mij foto’s waarop verschillende hondenkennels op een rij te zien waren. In deze hondenkennels zaten mensen vastgeketend en tot mijn afgrijzen herkende ik in één van hen Aris Purnomo. Hevig geschrokken vroeg ik de familie wederom om advies en toen kwam het hoge woord er uit: Aris Purnomo had met zijn motor een verkeersongeval veroorzaakt, waarbij de tegenpartij om het leven was gekomen. Hij zat daarvoor in de gevangenis en de nabestaande van de overlevenden wilde de aanklacht alleen intrekken als ze geld zagen: heel veel geld. Geld dat Hidayah niet had en wanhopig als ze was had ze contact met mij opgenomen. Omdat de familie hier niet trots op was, had ze de situatie aanvankelijk voor mij verborgen willen houden. Hoewel het geldbedrag ook voor ons hoog was, hoefden Ilse en ik niet lang na te denken. Na het zien van de foto en een Google zoektocht naar omstandigheden in Indonesische gevangenissen boekten wij het geld over waarna Aris Purnomo inderdaad vrij kwam. Blijkbaar was hij dit nog niet vergeten. Tot mijn verbazing hadden we het eten nauwelijks op, of Ratna gaf aan dat we alweer zouden vertrekken. Toen ik er over nadacht, begreep ik het wel: we hadden nog een terugreis van zo’n drie-en-een-half uur voor de boeg. Ratna was zichtbaar ergens om verlegen en toen ik haar vroeg wat er aan de hand was, vertelde ze me dat het een Javaanse gewoonte was dat men bij bezoek aan verwegwonende broers of zussen (daar viel Aris Purnomo ook onder omdat de familie Aris Purnomo ongeveer twee keer per jaar bezochten) hun kinderen geld gaven. De twee kinderen van Aris Purnomo waren reeds naderbij gekomen omdat Ratna ons vertrek had aangekondigd, maar men bleek geen of onvoldoende geld mee te hebben. Of ik misschien kon helpen. Uiteraard kon ik dat en op advies van Ratna gaf ik beide, overigens al wat oudere, kinderen van Aris Purnomo (Arda en Risya) 100.000 IDR (ongeveer 5 euro), Aris Purnomo zijn foto van Emelie, Lin, Mark en mij, waarna we na een laatste fotosessie hartelijk afscheid namen. Ander-half uur later zetten we Eny en Jokko weer bij hen thuis af in Semarang, waarna we ons naar een klein winkeltje Batik Benang Ratu begaven. Ik had Ratna verteld over mijn kledingmissie voor Ajanna en Joanne en zij dacht dat we daar wel konden slagen. Voor Ajanna en ook voor mijn vader kon ik inderdaad wat leuks vinden, maar helaas bleek Joanne buiten de standaard Indonesische maten te vallen. Voor haar zal ik later nog eens verder zoeken. We reden vanuit Semarang in een uur door naar Demak waar we Anik weer bij Pasar Demak afzetten en vanuit daar reden we in nog eens twee uur terug naar Godong. Nurul wilde heel graag nog Bakso eten in een lokaal eettentje, maar toen we dat achter de kiezen hadden werd ik eindelijk weer bij mijn Hotel afgezet. Oververmoeid ging ik direct in bed liggen waarna ik tot de volgende ochtend 4.15 uur (ja, toen deden de Islamietische wekkers het weer wel) als een blok in slaap viel. Tim Dondorp

Geplaatst door Godong Indonesie op Dinsdag 7 februari 2023