Semarang, Kanaya land 2

Van al mijn familie in Indonesië heb ik met neef Nuris (zoon van de één na oudste: zus Nuryati) het meeste contact. Hij geeft les op Stekom, Hoger Onderwijs Electronics and Computer College te Semarang, in grafische vormgeving en hij spreekt ook een beetje Engels. Nuris is ‘slechts tweedegraads familie’ maar toch heb ik met hem de meeste klik. De indirecte communicatie met de familie verloopt hierdoor ook vaak via Nuris. Dat steekt een beetje bij de familie, want hiermee doorbreek ik een ingewikkeld hiërarchisch systeem van rangen en standen binnen de Javaanse familietraditie. Toch vind ik het fijn het contact met Nuris te onderhouden. Hij geeft me veel ‘inside information’ over de familie en hij helpt cultuurverschillen te overbruggen door mij uit te leggen hoe de familie over bepaalde zaken denkt en andersom. Nuris is ook de enige die begrijpt waarom ik er deze keer voor heb gekozen niet bij de familie op de Kampong te verblijven. Tot voor kort had Nuris geen eigen huis en woonde hij samen met zijn vrouw en twee jonge kinderen nog bij zijn schoonouders. Helaas is twee jaar geleden zijn schoonvader overleden. Het huis moest worden verkocht en Nuris dreigde met zijn gezin op straat te komen staan. Op zich verdient Nuris voldoende geld om een hypotheek te kunnen afbetalen, maar om een hypotheek te kunnen afsluiten moest 2.000.000 IDR (ongeveer 125 euro) aan provisie en overige kosten worden betaald. Nuris kon dat destijds niet in een keer ophoesten, waarop Ilse en ik hem dat geld buiten medeweten van de familie om hebben geleend zodat hij een huis kon kopen. Nu ik in Indonesië was, wilde hij mij dat huis natuurlijk graag laten zien. Omdat Nuris tussen Semarang en Demak woont, kon ik dit mooi combineren met het uitzwaaien van Inge. Nadat Inge in haar trein richting Jakarta was gestapt liep ik naar een grote supermarkt, zo’n 50 meter van Stasiun Semarang Poncol vandaan om daar een Grab taxi te bestellen. Mocht je ook ooit gebruik maken van Grab: vermijd dan dat een Grab taxi je op moet halen op een plaats waar veel concurrerend vervoer (plaatselijke taxichauffeurs, Bluebird, becaks, etc.) beschikbaar is zoals op Stasiun Semarang Poncol. Dit kan tot serieuze problemen leiden. De grab chauffeur kon het adres van Nuris eerst niet vinden. Het bleek een nieuwbouw wijk te zijn tegen Demak aan. In tegenstelling tot de chauffeur (de chauffeurs rijden daar als een bezetene) was Google Maps geduldig en zo stond ik een uurtje later voor Nuris’ zijn nieuwe deur. Als enige van de familie wist Nuris wanneer ik ongeveer naar Indonesië zou komen. Hij had daar zeer ruim van te voren speciaal naar geïnformeerd want hij wilde mij het geleende geld dan terug kunnen betalen. Dit was dan ook het eerste dat hij deed en hij bedankte me nogmaals dat hij het geld had mogen lenen. Hierna liet hij mij zijn huis zien. Het was een klein huis met vier kleine ruimtes waarvan Nuris één ruimte gebruikte als kleine hal. Wij zouden deze ruimte als woonkamer inrichten, maar in Indonesië stalt men er ‘s nachts de scooters om te voorkomen dat deze worden gestolen. Twee andere kleine ruimtes gebruikte Nuris als slaapkamers en de overgebleven ruimte voor het sanitair (toilet, douche en keuken). Nuris had geen meubels, dus we zaten op een matras in één van de twee slaapkamers. We hebben veel over de familie gesproken. Nuris vertelde me dat de familie zich grote zorgen maakte over het feit dat ik me zelfstandig op de fiets, in en om Godong begaf. en hij bevestigde inderdaad het onbegrip van de familie over diverse keuzes die ik deze keer had gemaakt. Wat ik heel interessant vond, was dat Nuris mij inzicht gaf over zijn financiën: om zijn nieuwe huis te kunnen kopen had hij een hypotheek genomen van 100.000.000 IDR (ongeveer 6.200 euro). Elke maand moet hij 900.000 IDR (ongeveer 50 euro aan aflossing en ongeveer 6 euro aan rente) betalen zodat zijn huis binnen 10 jaar (gangbare periode in Indonesië) afbetaald zou zijn. Door hard te werken (Nuris geeft 5 dagen in de week tussen 8.00 uur en 15.00 uur les, waarna hij gaat rusten om ‘s avonds van 17.00 uur tot 20.00 uur en zaterdag de hele dag bij te verdienen als Grab-biker) verdient Nuris per maand 1.400.000 IDR. Wanneer je de kosten voor het huis hiervan aftrekt betekent dat dat Nuris maandelijks 500.000 IDR (ongeveer 31 euro) per maand over heeft om zijn gezin te kunnen onderhouden. Nu heb ik al gemerkt dat het in Indonesië een stuk goedkoper leven is dan bij ons, maar ik snap nu ook wel waarom. Want heel veel, zeg maar gerust de meeste, Indonesiërs zijn niet eens bij machte een huis te kopen en sommige niet eens om te huren. Over de financiële situatie van degene die ik in de sloppenwijken heb gezien nog maar te zwijgen. Tegen het einde van de middag nam ik afscheid van Nuris. Hij bracht me op zijn scooter naar de hoofdweg. De wegen in Grobogan hebben niet echt een naam: daarom wordt de weg genoemd naar de steden die hij verbindt, in dit geval dus Jl. Semarang – Purwodadi (waar Jl. voor Jalan = weg staat). Ik besloot niet terug te gaan naar Stasiun Semarang poncol. Daarvoor moest ik door het centrum en rond deze tijd was het daar altijd heel erg druk. In plaats daarvan besloot ik met de bus terug te gaan. Ik had al gefietst, ik had al gereisd met de trein en de Angkot; nu besloot ik dus aan de kant van Jl. Semarang – Purwodadi te wachten op de bus naar Purwodadi. Aan bustijden doet men niet in Grobogan, ook niet aan bushaltes trouwens: je wacht gewoon daar waar het je het beste uitkomt. Normaal komt er ongeveer om de 20 minuten een bus voorbij, maar ik was even vergeten dat het Hari Raya Nyepi was wat betekende dat er minder bussen reden. Drie kwartier heb ik gewacht en toen kwam er een bus. Omdat er bussen uitvielen was deze bus natuurlijk hartstikke vol. Ik mocht er eigenlijk niet in, maar toen men door had dat ik een buitenlander was mocht ik mee, mits ik dan twee maal de ritprijs van 20.000 IDR (totaal dus 40.000 IDR = 2,50 euro) zou betalen. Ik vond het allang best, maar als ik geweten had dat ik twee-en-een-half uur lang gevaarlijk op het randje bij de openstaande achterdeur zou moeten balanceren, was ik wellicht toch via een Grab-taxi naar mijn hotel gegaan… Tot morgen! Tim Dondorp

Geplaatst door Godong Indonesie op Vrijdag 8 maart 2019