Zaterdag 2 juli Vandaag vertrekt pa weer richting Nederland. Is er iets dat je nog wilt zien? “Nee, niet echt. Het oude Nederlandse centrum en het oude Nederlandse station is misschien wel leuk?” Dus we pakken onze spullen, we laten het hotel een ‘taksi’ bellen en binnen 10 minuten zijn we onderweg naar Tugu Muda: De rotonde/ het plein waar we Lawang Sewu (in het Bahasa: duizend deuren) gaan bezichtingen. Lawang Sewu was vroeger het hoofdkantoor van de Nederlands-Indische spoorweg Maatschappij. De entreeprijs was 10.000 rupia, inderdaad €0,65. Alle informatiebordjes waren in het Bahasa dus veel wijzer zijn we niet geworden maar toch leuk om dit ook van binnen te bekijken. De Nederlanders hebben dit gebouw vroeger wel heel vernuftig gebouwd. In ieder gebouw hier in Indonesië vind je een airco, anders is het gewoonweg te warm. In Lawang Sewu was dit niet nodig. Onze tolk vertelde ons ’s avonds dat er ondergronds water was te vinden, wat op zich al verkoeling bracht van onderaf. Maar men liet hierin stof hangen waardoor het water naar boven kwam en het verkoeling bracht. Dit, in combinatie met de duizend deuren maakte een airco eigenlijk overbodig. Toen we eigenlijk al van plan waren verder te trekken (het werd intussen wel behoorlijk warm!) kwam er een aantal jongens op ons afgelopen. Zij bleken studenten van de universiteit te zijn en ze wilden graag toeristen interviewen. Wij vonden dit prima, camera’s zijn we immers inmiddels wel gewend. Ze wilden Tim eerst, dan pa en daarna ik. Wij hadden ze al een beetje voorbereid op een bijzonder verhaal maar ze gingen rustig verder met datgene ze hadden bedacht. En zo werd ons de volgende vier vragen gesteld: Wat is je naam? Waar kom je vandaan? Waarom ben je in Indonesië? Vind je het eten lekker? Pa zei nog dat ze dit verhaal wel konden verkopen; maar nee dit was gewoon voor de studie. En oh, wat waren deze jongens nerveus! De telefoons waar ze de vragen van aflazen trilden in hun handen en het zweet stond ze overal. Hierna wilden ze nog 5 minuten loopscènes met ons doen. Na de nodige foto’s en selfies namen we afscheid en verlieten we Lawang Sewu. Maar hoe verlaat je snel (want de warmte was niet meer te houden!) een bepaalde plaats aan een heel drukke rotonde? Hand omhoog en je ziet wel wat er komt! In ons geval kwam er een vervallen oranje busje aan dat aangaf: we are transport! Naja, we stappen in en we zien wel. Pa wist dat we naar Gereja Blanuk wilden en daar gingen we. Ik hield Google Maps nauwlettend in de gaten, ik had een andere route genomen, maar wie ben ik! Uiteindelijk werden we inderdaad afgezet bij een kerk (Gereja). Ik gaf de beste meneer 20.000 (een ander hadden we 5.000 zien betalen, dus 20.000 zal vast genoeg zijn?), hij stak echter twee vingers omhoog. Wil hij 2.000 meer? Wil hij het dubbele? De 20.000 kreeg ik terug, waarop ik hem maar 50.000 (€3,25) gaf. Blijkbaar was dit genoeg want hij vertrok… Afgezet of niet, ik was blij dat we even koel zaten. Bij Gereja Blenduk was het natuurlijk niet minder warm en nadat we de nabije rommelmarkt hadden bekeken pakten we toch maar weer een ‘taksi’ naar het hotel terug. Pa pakte zijn spullen om naar huis te gaan. Wij pakten onze spullen om vanmiddag weer naar Godong (plaats waar de familie woont) af te reizen. Nuris (oomzegger van Tim en onze trouwe chauffeur) kwam ons ophalen, waarna we naar Godong vertrokken en afscheid namen van onze pa en allerliefste opa. Bedankt pa, dat je deze ervaring met ons wilde delen! Wanneer we aankomen bij de familie voel je je altijd zó welkom. Kinderen rennen om de auto en roepen met accent: Joanne, Joanne! De eerste ontmoeting was in het huis van zus Rina (het huis met de groene muren), als je het pad volgt kom je nog meer huizen tegen van de familie. Het oranje huis is van zus Suharti een stukje verderop het huis van zus Haryati dan het huis van Ibu (moeder) Maryati en bapak (vader) Radjiman en als laatste het huis van oudste broer Ismanto. We mochten voor het huis van Ibu plaatsnemen (stoelen worden altijd direct aan ons afgestaan). We werden bijna meteen overspoeld met cadeautjes die de zussen de vorige dag op de markt hadden gekocht. Tim een overhemd en een handdoek, Ilse een paar slippers (ze hebben zowaar een grote maat kunnen vinden!) en Joanne twee jurkjes. Op ons beurt gaven wij een USB-stick met daarop de TLC-documentaire. Wat bleek: de tv die wij donderdag hadden gegeven was al aangesloten en de bijbehorende antenne idem dito. Dit had Abi (echtenoot van jongste zus Ratna) al even geregeld. Hierdoor kon de USB-stick direct gebruikt worden en was Ibu Maryati ontzettend blij dat ze dit nu thuis kon kijken. We hebben afgesproken dat we Nuris foto’s blijven sturen en dat hij zorgt dat deze op de USB komen te staan, zo blijven we toch een beetje in de buurt van Tims ouders als wij weer thuis zijn. Ineens zegt Ratna dat we moeten gaan. Aris Sutresno is vandaag thuis gekomen van zijn werk op het eiland Sulawesi. Hij wil zijn broers en zussen graag ontmoeten! Dit is een heel mooie ontmoeting geworden. Hij vertelde al snel dat hij Emelie nog goed kan herinneren. Ook vertelt hij dat Radjiman aan Maryati had verteld dat de meisjes naar familie zouden gaan en niet naar een weeshuis. Pas in 1998 (nadat Spoorloos de familie voor het eerst bezocht heeft en verteld heeft over Tim) vertelt Radjiman dat de meisjes, net als Tim, ter adoptie zijn afgestaan en niet meer in Indonesië zijn. Wij zijn erg blij dit van Aris Sutresno te horen want Tim vraagt zich al een jaar af waarom zijn moeder dit in 1998 niet aan Spoorloos heeft verteld. Hij had dan immers in 1998 al op zoek kunnen gaan naar zijn zussen. Maryati heeft het destijds niet geweten… Ilse
Geplaatst door Godong Indonesie op Dinsdag 5 juli 2016